- Actoren in kaart brengen door middel van een actorenanalyse, je benoemt de verschillende probleempercepties en analyseert de oorzaken van het vraagstuk.
- Randvoorwaarden benoemen voor het beleid en de gewenste beleidseffecten, formuleert beleidsalternatieven en geeft aan welke instrumenten te gebruiken zijn.
- Niet-monetaire kosten-batenanalyse maken en de geformuleerde beleidsalternatieven rangschikken. Je stelt duidelijke criteria op om het beleid na uitvoering te toetsen.
- Interactieve benadering van het vraagstuk ontwerpen, waarin beschreven staat hoe en in welke fasen de actoren een bijdrage leveren. Daarbij ontwerp je een traject voor burgerparticipatie.
- Beleidsplan schrijven voor een mogelijke aanpak van het vraagstuk, instrumentatie en juridische kaders en beargumenteert de keuze voor een bepaalde aanpak van het vraagstuk.