- Je inventariseert de zorgsituatie van de zorgvrager met een chronische ziekte met behulp van de gezondheidspatronen van Gordon, zodat duidelijk wordt wat de verpleegproblemen zijn.
- Je beoordeelt op grond van verschijnselen en symptomen welke gezondheidspatronen (potentieel) disfunctioneel zijn. Dat doe je met behulp van diagnostisch redeneren.
- Je stelt op basis van diagnostisch redeneren de verpleegkundige diagnoses op volgens de PES. Daarnaast formuleer je de verpleegdoelen en stel je op basis van evidence interventies op, zodat duidelijk wordt waar de verpleegkundige zorgverlening zich op richt.
- Op basis van de gestelde diagnoses geef je de zorgvrager (en/of naasten) advies, waardoor de zorgvrager zijn/haar zelfzorgvermogen kan vergroten en je onderbouwt met behulp van literatuur de gesprekstechnieken die tijdens het adviesgesprek gebruikt worden.
- Je stelt een overdrachtsdocument op voor andere professionals zodat continuïteit gegeven wordt aan de verpleegkundige zorgverlening.